Groot interview met Theo Francken

 Theo Francken (N-VA) blikt terug en vooruit. Tot zijn spijt niet als ondervoorzitter. ‘Valerie Van Peel of Lorin Parys en ik, dat zou een goede combinatie zijn geweest voor de partij. Yin en yang. Helaas’, zegt hij in een interview aan Het Laatste Nieuws. De partijsoldaat zet de strijd voor zijn N-VA onvermoeibaar verder. 

Gaan wandelen. Zo verwerkte Theo Francken (43) de laatste nederlaag. Hoe anders, dezer dagen? “I had my moments of doubt and pain”, citeert Theo Francken The Rolling Stones. “‘Sympathy for the Devil’. Prachtig nummer. Maar ik heb te weinig haar om te headbangen.” 

De eerste klap was de veroordeling van Melikan Kucam. De man die Theo Francken als staatssecretaris voor Asiel en Migratie vertrouwde om Syrische christenen te redden, misbruikte zijn macht en verrijkte zich op de kap van vluchtelingen. De tweede klap was het verlies van het ondervoorzitterschap. “Ik heb een dik vel, maar ik dacht dat 2021 een beter jaar zou worden dan 2020.”

Waarom deed u mee aan een verkiezing die u ook kon schaden?

“Schaden? Ik had graag gewonnen, maar ik ben niet afgestraft met 47 procent van de stemmen. Ik wilde de partij weer op de kaart helpen zetten. Op de zachte thema’s, maar ook de hardere zoals migratie en veiligheid. Die mogen we niet aan het Vlaams Belang laten. En ik denk dat we sterke persoonlijkheden moeten uitspelen.”

En een terugtrekking kon een soort schuldbekentenis lijken in de zaak-Kucam?

“Ja, dat speelde mee. Als ik geen kandidaat was, zou dat door bepaalde mensen gezien worden als een impliciete schuldbekentenis. Dat was een bezorgdheid. Veel mensen zeiden mij: ‘Als je je nu terugtrekt, kan men denken dat er nog veel narigheid naar boven gaat komen.’ Dat wilde ik niet. Na twee jaar diepgaand onderzoek naar Melikan Kucam - en ze hebben grondig gegraven - blijft mijn kabinet volledig buiten schot. Dat staat los van mijn politieke verantwoordelijkheid.”

Volgens Jean-Marie Dedecker heeft u de steun van de partijtop verloren sinds de affaire-Kucam. Wilfried Vandaele zou een stap opzijzetten als Vlaams fractieleider voor Lorin Parys, maar weigerde. Bart De Wever vroeg u om uw kandidatuur in te trekken.

“Ik geef geen commentaar op onze interne keuken.”

Dedecker was daar formeel in. Hij is uw goede kameraad, hij heeft dat toch van u ?

“U kan en zal het nog tien keer vragen, maar ik zeg u: dat zijn uw zaken niet.”

Karl Drabbe van Doorbraak.be vond dat u op een groot forum mea culpa moest slaan over Kucam. We gunnen u bij deze die kans.

“Ja, ja, ik heb dat gelezen. Maar ik sloeg al mea culpa, ik nam de politieke verantwoordelijkheid op. (Windt zich op) Toen de zaak-Kucam boven water kwam, ging ik vrijwillig naar de hoorzitting in het parlement. Yves Leterme deed dat niet in de Fortis-zaak. Ik bezorgde het parlement informatie. Dat was moeilijk, ik had geen kabinet meer. Ik heb politieke verantwoordelijkheid genomen. De commissie maakte ook aanbevelingen die wij hebben goedgekeurd. Zoals: wie een visum in Libanon krijgt en met het vliegtuig in Zaventem landt, moet meteen begeleid worden om asiel aan te vragen. Zo krijgen ze geen kans om verder te reizen.”

Via die aanbevelingen geeft u dus toe dat er nonchalance in uw systeem zat.

“(fel) Neen. Via de aanbevelingen zeg ik dat het beter kon. Nonchalance wil zeggen dat we maar op deden, dat ontken ik. We wilden mensen in nood redden. De hele regering was op de hoogte, we hebben een humanitaire luchtbrug opgezet met de hulp van Buitenlandse Zaken. En we controleerden wat we konden: de familieband was moeilijk omdat er geen burgerlijke stand was in Syrië. Maar we checkten de nationaliteit en er was een veiligheidscheck. De eerste geruchten over Kucam kwamen toen alle operaties met hem achter de rug waren.”

Het valt ons op dat u zwijgzamer bent over migratie. Een bewuste houding?

“Ik zocht het eens op: we hebben de voorbije maanden al een dertigtal resoluties en wetsvoorstellen over migratie ingediend. We zijn kampioen, niemand doet ons na. Zeker niet het Vlaams Belang, dat veel belooft, zoals een migratiestop, maar niets doet. De werkgroep migratie komt elke woensdag samen. Ik coach nu vooral de nieuwe parlementsleden, want migratie is geen gemakkelijk thema. Maar ik blijf mij roeren.”

U gaat niet door de woestijn zoals Kristof Calvo?

“Neen, ik ga geen Calvo’ke doen, ik ben een Kampfschwein. Ik knok verder, altijd.”

Trekt het missen van het ondervoorzitterschap ook een streep onder de lijn-Francken in N-VA? ‘Omdat de focus vooral op veiligheid en migratie lag, hebben we bij sommigen een hardvochtig imago gekregen’, vindt Valerie Van Peel.

“Er is géén lijn-Francken. Door de omstandigheden, een migratiecrisis en de aanslagen, was er veel aandacht voor migratie en veiligheid. Dat was in héél Europa het geval.”

Uw partij moet in het centrum werven, zegt uw voorzitter.

“We moeten overal werven. Ik heb niemand horen zeggen dat dat alleen in het centrum moet. We mogen ook geen verder verlies lijden aan het Vlaams Belang. En we moeten kijken naar ontevreden liberale en christendemocratische kiezers. We vonden intussen onze oppositietoon. We leiden het debat over de pandemiewet. Het is toch niet verantwoord hoe de inperking van onze vrijheden verloopt? De parlementaire democratie wordt gewoon uitgeschakeld! En als we aan de economische relance na corona kunnen beginnen, zal Vlaams minister-president Jan Jambon zijn rol voluit kunnen spelen. Het zal hem ook deugd doen. (lacht)”

U klinkt net als Bart De Wever. Is dat de debatfiche?

“Moet ik dan per se iets anders zeggen dan Bart De Wever? U stelt dan ook exact dezelfde vragen aan mij als aan Bart De Wever. Al ben ik geen voorzitter. Zelfs geen ondervoorzitter. (grinnikt)”

U bent toch een man met een mening?

“Dat zal wel zijn. Ik vind dat we ons moeten tonen aan de bevolking, we moeten de mouwen opstropen en het veld opgaan. Véél politici hebben daar wat schroom voor of doen het niet graag, maar ik wel. Ik praat graag met de mensen. Ik vind het vreselijk dat het niet zo goed lukt door corona. Ik doe weleens een Facebook Live en daar kijken verrassend genoeg best wat mensen naar. Veel mensen hebben nood aan contact. Ik doe op zondag boodschappen in de Carrefour, en het duurt altijd een halfuur langer dan normaal omdat mensen je aanspreken. Door dat gemis aan contact is er veel chagrijn.”

Moet N-VA haar sociaal-economische discours ook wat verzachten?

“We hebben als Vlaamse gemeenschapspartij aandacht voor de zwakkeren in onze samenleving. In de regering-Michel is het leefloon zeven keer verhoogd. Wij hebben véél sociale maatregelen en correcties ingevoerd, maar we hebben dat totaal niet verkocht. Het verhogen van de pensioenleeftijd en de lage pensioenen: dáár werd ik over aangesproken in de campagne. Ik geloof dat we vooral daar stemmen zijn verloren. Niet door de val van de regering en door het Marrakesh-pact. Meer zelfs: als we waren blijven zitten, hadden we nog veel meer klop gekregen.”

Speelde dat besef mee in het aanvaarden van de sociale eisen van de PS? U zag goede punten in het relanceplan van Paul Magnette.

“(knikt) Absoluut. Bij mij leeft dat heel fel. Ik gooi dat niet op de straatstenen, maar iedereen weet dat ik de sociale correcties op noodzakelijke sociaal-economische maatregelen intern altijd heb verdedigd. Voor de duidelijkheid: onze partijlijn zit juist, ik debiteer geen PS-programma. We moeten werklozen en langdurig zieken blijven activeren, het brugpensioen afbouwen. N-VA is dé sociaal-economische hervormingspartij. Maar er zijn veel mensen die het moeilijk hebben aan wie we moeten denken.”

Theo Francken, de grote vriendelijke reus?

“Ah, ik weet dat sommigen mij graag als een asociale pitbull wegzetten. Ik blijf daartegen vechten, ook al is het vechten tegen de bierkaai. Op de foto's van HLN sta ik ook altijd héél boos, alsof ik op het punt sta iemand te lijf te gaan.”

Terwijl u altijd zo'n zonnetje bent.

“Eén en al zonneschijn. (lacht) Ik ben nooit agressief! Ik ben wél duidelijk. What you see is what you get. Ik zeg het ook liever kort en krachtig. Ik geef en neem graag de leiding. Maar ik kom vaak mensen tegen die mij zeggen: 'Ik had een heel ander idee over u.' Helaas kan je niet iedereen in het leven ontmoeten.”

Uw voorzitter wil niet meer samenwerken met het Vlaams Belang. Hij stopt nog liever met politiek. Geldt dat ook voor u?

“Dat is compleet niet aan de orde.”

Dat is de vraag compleet ontwijken.

“‘Roma locuta, causa finita.’ Als Rome gesproken heeft, is de zaak beslist. De voorzitter zet de strategische lijnen uit. De voorzitter wikt, de rest beschikt. Federaal wil het Vlaams Belang zelfs niet besturen. Als de mensen willen dat het land op orde wordt gezet, moeten ze op N-VA stemmen in 2024. Ik hoop dat het herenakkoord tussen PS en N-VA kan worden uitgevoerd.”

Maar wat met Brussel?

“Dat is onze hoofdstad. Ik hou van Brussel. En welk volk geeft zijn hoofdstad op? De vraag is: wil Brussel wel de hoofdstad van Vlaanderen zijn? Wij kunnen onze liefde tonen, maar Brussel mag eens teruggeven. De taalwetgeving wordt met de voeten getreden. Als Vlaming word je niet geholpen in jouw taal. Brussel moet dat respecteren en dan zullen wij blijven investeren. Wij trekken alleszins met een communautair verhaal naar de verkiezingen. Watch out.”

Bron: https://www.demorgen.be/politiek/theo-francken-na-verloren-verkiezing-ik-heb-een-dik-vel-maar-ik-dacht-dat-2021-een-beter-jaar-zou-worden-dan-2020~b4d759e9/