Boris Johnson en de Conservatieve Partij hebben in de Britse verkiezingen donderdag de grootste meerderheid behaald sinds Margaret Thatcher in 1987, terwijl Jeremy Corbyn’s Labour naar het laagste aantal zetels is gedaald sinds 1935. Johnson is nu in een sterkere positie dan Theresa May was in 2017.
Johnson werd het hele jaar door bespot en fel bekritiseerd, zoals we dat gewend zijn van de mainstream media, en of het nou ondanks dat was of juist dankzij de vijandigheid, het nieuws is dat ook veel linkse kiezers in deze verkiezing van politieke voorkeur zijn veranderd. Uit cijfers blijkt dat 80 procent van de mensen voor Labour of de conservatieve Tory stemde. Een jaar geleden was dat nog 57 procent en was het politieke landschap meer versnipperd.
De Conservatieven hebben blijkbaar een electoraat aangeboord dat wezenlijk anders is samengesteld dan onder David Cameron vier jaar geleden. De arbeidersklasse met name bezorgde de Conservatieven dit keer een voorsprong van ’17 punten’ op Labour:
Deze hergroepering van het politieke landschap roept belangrijke vragen op. Waar staat de Conservatieve Partij voor?
Boris Johnson staat op het punt een conservatief electoraat te erven waarvan 86 procent de immigratie wil verminderen en 40 procent het spoor wil nationaliseren. Dat lijkt op het eerste oog een politiek-ideologisch soepzooitje maar de mogelijkheden zijn vele malen groter dan die van Labour om weer levensvatbaar te worden. Johnson staat namelijk al best wel links op economisch gebied (linkser dan Cameron) met zijn voorstellen voor nationale gezondheidszorg (NHS), hoger minimumloon, meer geld voor infrastructuur, meer acties tegen regionale ongelijkheid, staatssteun voor falende bedrijven, etc. Dit is niet bepaald het vrije, blije kapitalisme van Thatcher of wat je in tijden van polarisatie nu misschien zou verwachten. Johnson heeft begrepen dat kiezers bescherming willen tegen de onstuimige culturele én economische wind uit de EU. Corbyn heeft over de hoofden van alle kiezers dit thema laten liggen.
Nieuw politiek landschap
Britse journalist David Goodhart schrijft in zijn essay over het rijzende ‘Johnson-isme’ dat er twee manieren zijn om de winst van de Conservatieven te duiden: ‘als een reactie op de publieke opinie of als de komst van een meer intellectueel merk van conservatisme, met een Christelijk-democratische bron — een filosofische benadering die een meerderheid in de partij zal aanzetten tot het ontwikkelen van een diepere, meer bestendige stroming.’ Daaraan voeg ik nog toe dat je die dingen ook in elkaars verlengde kunt zien. Door het sterk reactieve en onvoorspelbare karakter van ‘de rechtse stem’ bestaat er gevoelde noodzaak verantwoordelijkheid te nemen. Het moment te consolideren.
De totale hergroepering van het politieke landschap biedt voor Jeremy Corbyn en zijn partij bijna geen mogelijkheden. Kort gezegd: waar de Conservatieven naar links konden opschuiven op economisch terrein kunnen zij dat niet naar rechts op cultureel terrein. De open grenzen, multiculturele wereldgemeenschap-ideologie verdraagt geen concessies, want het bestaat bij de gratie van ontkenning van een gemeenschappelijk waardensysteem op een bepaald grondgebied. Weggelopen Labour stemmers tegemoet komen in hun zorgen over immigratie en islamisering opent de weg naar ineenstorting van het narratief. Er zou onmiddellijk een cultureel vacuüm ontstaan. Dit is waarom links altijd economisch links had moeten blijven en rechts (meer) cultureel rechts, maar dat terzijde.
Het links van Labour bestaat as of today eigenlijk alleen nog uit de ‘liberal white-collar professionals’, studenten en etnische minderheden die in London wonen of in andere grote (universiteit)steden. Een loyale groep die meer geïnteresseerd is in het uiten van haar ‘moderne’ liberale gedachtegoed en ‘Remain’ opvattingen dan echte economische hervormingen doorzetten en solidariteit tonen voor het traditionele Labour-electoraat. Voor dat laatste tonen ze slechts minachting.
Jarenlang ‘racist’ roepen
Ondertussen is de rest van het land helemaal klaar met zowel de economische puinhopen als het hysterische liberalisme van social justice warriors en de instituties die hen steunen, waaronder de staatsmedia. Door dat alles zijn Boris Johnsons kiezers in feite bereid geweest economisch links te ‘worden’ en hebben arbeiders ook daadwerkelijk Labour de rug gekeerd. Zoals velen voorspelden. Zie ook deze mooie kort docu over de Brexit waarin deze sentimenten goed naar voren komen.
Terwijl ik dit schrijf zullen de Nederlandse media het vandaag wederom een raadsel vinden en zullen Brexit stemmers nog steeds ‘racisten’ en ‘xenofoben’ heten. Ze spreken alleen nog tegen zichzelf. Alle ingrediënten voor een ‘landslide’ overwinning lagen al langer op tafel. En een grotere, substantiëlere aardverschuiving in het denken over onze politieke verhoudingen staat op zijn minst in de sterren.
Bron: https://thefireonline.com/brexit-boris-johnson